Total de formas verbales: 52
Imperativos y participios
|
Tegenwoordig en verleden deelwoord
|
ontmythologiserend |
Tegenwoordig en verleden deelwoord
|
ontmythologiseerd |
Tipo
|
ik |
jij |
hij/zij/het |
wij |
jullie |
zij |
Presens |
ontmythologiseer
|
ontmythologiseert
|
ontmythologiseert
|
ontmythologiseren
|
ontmythologiseren
|
ontmythologiseren
|
Imperfect |
ontmythologiseerde
|
ontmythologiseerde
|
ontmythologiseerde
|
ontmythologiseerden
|
ontmythologiseerden
|
ontmythologiseerden
|
Toekomende tijd I |
zal ontmythologiseren
|
zult ontmythologiseren
|
zal ontmythologiseren
|
zullen ontmythologiseren
|
zullen ontmythologiseren
|
zullen ontmythologiseren
|
Conditionalis I |
zou ontmythologiseren
|
zou ontmythologiseren
|
zou ontmythologiseren
|
zouden ontmythologiseren
|
zouden ontmythologiseren
|
zouden ontmythologiseren
|
Perfectum |
heb ontmythologiseerd
|
hebt ontmythologiseerd
|
heeft ontmythologiseerd
|
hebben ontmythologiseerd
|
hebben ontmythologiseerd
|
hebben ontmythologiseerd
|
Voltooid verleden tijd |
had ontmythologiseerd
|
had ontmythologiseerd
|
had ontmythologiseerd
|
hadden ontmythologiseerd
|
hadden ontmythologiseerd
|
hadden ontmythologiseerd
|
Toekomende tijd II |
zal ontmythologiseerd hebben
|
zult ontmythologiseerd hebben
|
zal ontmythologiseerd hebben
|
zullen ontmythologiseerd hebben
|
zullen ontmythologiseerd hebben
|
zullen ontmythologiseerd hebben
|
Conditionalis II |
zou hebben ontmythologiseerd
|
zou hebben ontmythologiseerd
|
zou hebben ontmythologiseerd
|
zouden hebben ontmythologiseerd
|
zouden hebben ontmythologiseerd
|
zouden hebben ontmythologiseerd
|
Imperatief |
- |
ontmythologiseer
|
- |
- |
ontmythologiseert
|
- |
Verbos similares a ontmythologiseren
Verbos conjugados anteriores y posteriores a ontmythologiseren
Otras acciones para ontmythologiseren